‘Antwerpen is een havenstad, mensen komen en gaan. We wilden die diversiteit vieren.’
creative agency SSNN geeft TEDxAntwerp vorm voor de tweede jaar op rij
Op zaterdag 23 november vond de derde editie van TEDxAntwerp plaats in de Antwerpse Arenberg. Op het event deden veertien boeiende sprekers hun ideeën, concepten en filosofieën uit de doeken over hoe ze een stempel (willen) drukken op Antwerpen, of op de wereld. Voor de vormgeving van het event werkt TEDxAntwerp al voor het tweede jaar op rij samen met grafisch ontwerpers Dennis Janssens en Tom Tiepermann, de jonge snaken achter SSNN creative agency. APBC was benieuwd naar hoe de samenwerking tot stand kwam en hoe zo’n jong creatief bureau naar samenwerken kijkt. In gesprek met Dennis Janssens.
Het thema van TEDxAntwerp dit jaar is: ‘come to Antwerp, leave your mark’. Wat zit daarachter?
Janssens: ‘Als je naar Antwerpen als stad kijkt is het eerste wat opvalt de ongelooflijke diversiteit aan culturen. Wist je dat in Antwerpen, op zo’n kleine oppervlakte, meer nationaliteiten bij elkaar komen dan in New York? Antwerpen is een havenstad, mensen komen en gaan. Iedereen laat een indruk achter op Antwerpen. Gewoon door hier te zijn verandert iedereen wel iets in de stad. Dat vonden we een interessant uitgangspunt. We wilden die diversiteit vieren. Visueel is het thema ook goed bij TEDx, een X duidt een plek aan. We ontwikkelden een branding waarin uiteenlopend vormgegeven x’en de hoofdrol spelen.’
Het thema van het TEDx-event en de branding vloeien schijnbaar naadloos over elkaar. Hoe kwam de campagne tot stand?
Janssens: ‘TEDxAntwerp is een organisatie die draait op een team van vrijwilligers, iedereen heeft zijn eigen achtergrond. We zijn opgedeeld in teams: communicatie, speakers coaches, enzovoort. Elk jaar zoeken we samen naar een thema dat te sprekers bindt, maar tegelijkertijd ook veel vrijheid biedt, zodat de sprekers er alle kanten mee op kunnen. Iedereen kon met ideeën komen, en dan beslisten we samen welk thema het werd. Dit jaar heb ik het idee gepitcht dat het uiteindelijk zou worden.’
Daar breiden jullie een interactief luik aan.
Janssens: ‘Klopt. In samenwerking met Lucas Nijs en Lieven Menschaert, twee van onze oud-docenten op Sint-Lucas, maakten we een generatief ontwerp dat verandert op basis van data die je ingeeft en parameters die je zelf beslist. Op het TEDx-event lanceren we dan een toepassing waarin elke deelnemer zijn eigen ‘x’ kan genereren.’
Hoe kwamen jullie bij TEDxAntwerp terecht?
Janssens: ‘Eigenlijk heel toevallig. Totdat de vormgeefster van de eerste editie naar Barcelona verhuisde en ons vroeg of we interesse hadden om het over te nemen, wisten we zelfs niet dat er TED-talks plaatsvonden in Antwerpen. We zijn echt fan van TED talks. Ze brengen mensen samen, en dat doen wij met SSNN ook ontzettend graag. Voor de kennismakingsvergadering haalden we dus alles uit de kast om een goede eerste indruk maken. We hadden een hele presentatie gemaakt en een uitgebreid concept uitgewerkt voor die editie, dat het ook ineens geworden is.’
Wat hadden jullie dan in elkaar gestoken?
Janssens: ‘2018 was het jaar van de Barok in Antwerpen. We vertrokken vanuit het idee dat Antwerpen in de 17de eeuw ook een creatieve hub was. Hier liepen tal van inspirerende creatievelingen rond. Vier van hen kregen een hoofdrol in onze branding: boekdrukkunstpionier Christoffel Plantijn, schilder Michaelina Wauthier - ze maakte prachtige grote historiestukken terwijl het niet vanzelfsprekend was dat je als vrouw toen meer deed dan portretjes en kleine schilderijtjes of stillevens maken - maar ook Leonora Duarte, een componiste uit een joods-Portugese muzikantenfamilie op de vlucht voor de inquisitie, en natuurlijk ook Pieter Paul Rubens.’
‘Rond die vier personen hebben we onze branding uitgebouwd en toonden we dat Antwerpen niet alleen nu, maar ook vroeger een heel interessante plek was waar mensen van over de hele wereld naartoe kwamen, op zoek naar creativiteit. We plaatsten hun portret in de ‘x’ van TEDx, in dezelfde stijl dat we de sprekers op het event in de ‘x’ plaatsten. Het was natuurlijk ook een handige oplossing om toch slechte foto’s te kunnen gebruiken.’ (lacht)
Het lijkt dat jullie met SSNN veel belang hecht aan het concept achter de vormgeving.
Janssens: ‘Dat is zo. Als bureau houden we steeds het achterliggend idee in de gaten, de reden waarom iets zo is en niet anders. We hebben uiteraard wel een eigen visuele stijl, maar die passen we aan in functie van onze klanten. We zouden nooit op basis van puur esthetische overwegingen een huisstijl maken. Die aanpak zorgt er wel voor dat onze projecten er soms nogal verschillend uitzien.’
Wat vinden jullie belangrijk aan een goede huisstijl?
Janssens: ‘Dat de opdrachtgever er nauw bij betrokken is, ook bij het ontwerpproces. En we houden van duurzame relaties, minder van eenmalige samenwerkingen: elkaar goed kennen zorgt voor sterkere ontwerpen en het is belangrijk dat de neuzen in dezelfde richting staan. Het liefst ontwikkelen we from scratch een identiteit van A tot Z: van het logo en de visitekaartjes tot een volledige campagne.’
Soms stoppen jullie creaties niet bij grafisch ontwerp, en neem je er bijvoorbeeld ook een stukje interieurarchitectuur op. Vertel eens?
Janssens: ‘Toen we nog studeerden hebben we tijdens een schoolvakantie de refter van Sint Lucas een makeover gegeven. Het was een ongezellige, lege kelderruimte die amper gebruikt werd, de lichten gingen zelfs niet meer aan. We vonden dat jammer, de cafetaria zou de ontmoetingsplek moeten zijn van iedereen op de campus. We kregen de toestemming van de directeur en zijn we alles beginnen schilderen en maakten lange tafels waarbij je wel bij anderen aan tafel moést gaan zitten. Na de vakantie bleven masterstudenten - die normaal nooit op school zijn - opeens om te werken in de cafetaria. Studenten zagen terug van elkaar waar de anderen mee bezig waren. Het was heel tof om te doen. En wanneer het technisch moeilijk wordt, vinden we het leuk om samen met vakmannen die meer ervaring hebben met meubelmaken of interieurontwerp. Het gaat erom dat goed grafisch ontwerp mensen kan samenbrengen, en dat ontwerp kan verschillende vormen aannemen.’
Over samenwerken gesproken... Hoe zijn jullie elkaar tegen het lijf gelopen?
Janssens: ‘Op de hogeschool zaten we samen in het jaar. Af en toe deden we samen projecten, en dat werden er steeds meer. We vonden elkaar omdat we allebei doeners zijn. Ons afstudeerproject deden we samen en dat ging zo goed dat we het erop hebben gewaagd om SSNN op te starten.’
Jullie bijdrage aan TEDx is vrijwilligerswerk. Ben als jong creatief bureau niet net op zoek naar inkomenszekerheid?
Janssens: ‘Toen we twee jaar geleden met ons bureau begonnen, hadden we geen verplichtingen, geen huis om af te betalen, eigenlijk hadden we niets te verliezen. We konden enkel bijleren, ervaring opdoen en ons netwerk uitbouwen, zo redeneerden we. En als het niet lukte, dan zouden we iets anders bedenken. Vorig jaar startten we het Antwerp Poster Festival (APF) op, omdat dat nog niet bestond én omdat we zo de mensen uit de sector samen konden brengen. Daar hebben we ook veel tijd in gestoken, maar ook veel uit geleerd en waardevolle contacten gelegd. De uren die we in vrijwilligerswerk steken, zien we dan ook als een investering in onszelf.’